
Actueel – herkwalificatie van feiten: slagen en verwondingen, zonder het oogmerk te doden versus toedienen van schadelijke stoffen

door Mr. Wesley Jeunen
Het dossier Sanda Dia dat voor de rechtbank van Hasselt wordt behandeld, zorgt voor beroering. Afgelopen vrijdag wierp de rechtbank zelf een interessante casus op. Met name werd de herkwalificatie van de feiten die voorliggen in vraag gesteld. ( https://www.hln.be/vtm-nieuws/mogelijk-herkwalificatie-maar-wat-betekent-dat-zo-viseert-men-ook-iemand-die-emmer-water-gooide-br~ab6fed05/ )
Wat is de kwalificatie?
Rechtbanken worden gevat voor bepaalde feiten. De kwalificatie kan gewijzigd worden door de rechtbank zelf. Dat kan op vraag van de partijen, het openbaar ministerie of op initiatief van de rechtbank zelf.
De kwalificatie is het juridisch etiket dat uiteindelijk op de feiten wordt geplakt. Deze kwalificatie is van groot belang op het vlak van de bewijsvoering, schuldigverklaring maar ook voor wat betreft de bestraffing die uiteindelijk kan worden toegekend.
Slagen en verwondingen zonder het oogmerk te doden versus toedienen van schadelijke stoffen
In de zaak Sanda Dia – Reuzegom die thans behandeld wordt voor de rechtbank van Hasselt wordt de kwalificatie behandeld.
Oorspronkelijk werd gedagvaard voor het toedienen van schadelijke stoffen.
Artikel 402 Strafwet stelt strafbaar:
“Met gevangenisstraf van drie maanden tot vijf jaar en met geldboete van vijftig [euro] tot vijfhonderd [euro] wordt gestraft hij die bij een ander een ziekte of ongeschiktheid tot het verrichten van persoonlijke arbeid veroorzaakt door hem, opzettelijk maar zonder het oogmerk om te doden, stoffen toe te dienen die de dood kunnen teweegbrengen, of stoffen die, al zijn zij niet van die aard dat zij de dood teweegbrengen, toch de gezondheid zwaar kunnen schaden” (https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi_loi/change_lg.pl?language=nl&la=N&table_name=wet&cn=1867060801 )
Belangrijk in deze definitie is het woord “opzettelijk”, er is dus een moreel element vereist.
Dit moreel element bestaat erin dat men de integriteit van een ander wil aantasten. Dit is een “algemeen opzet”. Het is niet vereist dat een dader kwaad wilde veroorzaken bij het slachtoffer. De uiteindelijke beweegreden is in principe niet van belang. Ook wie handelde voor de grap, maar daarbij de bedoeling had te schaden is strafbaar (Cass. 21 december 1885).
Mogelijke herkwalificatie naar slagen en verwondingen zonder het oogmerk te doden
Opzettelijke slagen en verwondingen zonder het oogmerk om te doden, staat beschreven in art. 392 , 398 en in het bijzonder 401 van de Strafwet. ((https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi_loi/change_lg.pl?language=nl&la=N&table_name=wet&cn=1867060801 )
Artikel 392 Strafwet
“Opzettelijk worden genoemd het doden en het toebrengen van letsel met het oogmerk om een bepaald persoon of een persoon die zal worden aangetroffen of ontmoet, aan te randen, ook al was dit oogmerk afhankelijk van enige omstandigheid of van enige voorwaarde en zelfs al heeft de dader zich vergist omtrent de persoon die het slachtoffer van de aanranding is geworden.”
Artikel 398 Strafwet
“Hij die opzettelijk verwondingen of slagen toebrengt, wordt gestraft met gevangenisstraf van acht dagen tot zes maanden en met geldboete van zesentwintig [euro] tot honderd [euro] of met een van die straffen alleen.
Ingeval de schuldige heeft gehandeld met voorbedachte rade, wordt hij veroordeeld tot gevangenisstraf van een maand tot een jaar en tot geldboete van vijftig [euro] tot tweehonderd [euro].”
En
Artikel 401 Strafwet
“Wanneer de slagen of verwondingen opzettelijk worden toegebracht, maar zonder het oogmerk om te doden, en toch de dood veroorzaken, wordt de schuldige gestraft met opsluiting van vijf jaar tot tien jaar.
Hij wordt gestraft met opsluiting van tien jaar tot vijftien jaar indien hij die gewelddaden met voorbedachten rade pleegt.”
De dood van het slachtoffer wordt als gevolg van de bepaling in art. 401 als verzwarende omstandigheid van de slagen en verwondingen in art. 398 gezien. Dit betekent dat de dader een mogelijk zwaardere straf zal krijgen wanneer het slachtoffer overlijdt na het toebrengen van het letsel.
Ook hier is een algemeen opzet voldoende. Het wetens en willens toebrengen van slagen, ook al ontstaan daardoor gevolgen die de dader niet wilde veroorzaken, is voldoende om te veroordelen.
Waarom is dit van belang in het dossier Sanda Dia?
De feiten in het dossier Sanda Dia en hun uiteindelijke kwalificatie zorgen nu dus voor discussie.
De studenten in de vereniging Reuzegom organiseerden een studentendoop. Daarbij werd, zoals we vernemen in de media, met water gegooid naar de schachten, moesten zij in een koude beek zwemmen en werd hen voedsel ontnomen. Ook werd er visolie en alcohol gevoed aan de schachten.
Enkel het toedienen van visolie of alcohol zou gezien kunnen worden als “het toedienen van stoffen”. Leden van de studentenvereniging die daaraan niet deelnamen zouden dan mogelijk niet veroordeeld kunnen worden.
De handelingen zoals met water gooien, ontzeggen van voeding en het laten zwemmen in een beek, vallen niet onder de kwalificatie “toedienen van stoffen”, maar wel onder de “opzettelijke slagen en verwondingen”.
Het aantal beklaagden dat veroordeeld zou kunnen worden, zou bij een herkwalificatie dus hoger kunnen liggen. Niet alleen de beklaagde die de visolie of alcohol aanbood kan dan veroordeeld worden, maar ook de beklaagde die de schachten ertoe aanzette in de beek te zwemmen ,of overgooide met water, zou dan veroordeeld kunnen worden
Het wordt nu afwachten wat de rechtbank in haar vonnis zal beslissen.